Iedereen heeft ooit tegenslag. Niemand heeft nooit tegenslag. Eén komt ook niet alleen. Murphy’s law klopt doorgaans als een zwerende vinger. Het makkelijkst lijkt dan je kop in het zand te steken maar dat doe je beter niet, weet iedereen.
Voor het gros van de problemen is er een gepaste en haalbare oplossing. Die kapotte wasmachine wordt hersteld of vervangen. Ook al gaat die, net als bij iedereen, stuk net na de garantieperiode. Iemand rijdt de buitenspiegel van je auto en laat geen contactgegevens na. De afrekening van je elektriciteitsfactuur doet je even naar adem happen. Je had er niet op gerekend. Allemaal tegenvallers! En meestal kosten die handenvol geld.
Ooit was ik met mijn man op vakantie in Toscane in het mooie Forte dei Marmi. We parkeerden nietsvermoedend op het marktplein. De losse vakantiemood verhinderde ons op één of andere manier de nochtans duidelijke borden te zien. Daar stond op dat je er vanaf 16u niet meer mocht parkeren want er was markt die dag. Tja, nèt die dag.
Na een ontspannend dagje strand ging mijn man de wagen oppikken. Nog geen 10 minuten later was hij al terug aan de ‘spiaggia’. Te voet, autoloos.
De parkeerboete, de takeldienst en de taxi kostten ons nèt geen 100 euro.
Dan maar geen romantisch etentje in de ‘Osteria’ zoals was gepland. Het leek ons ook een beetje onverdiend. We hadden het zelf gezocht.
Uiteindelijk, ter compensatie, zijn we naar de supermarkt gereden om allerlei lekkers te kopen. Ook dat veelbelovend flesje rode wijn dat na een kwartier experimenteren met de hotelsleutel tóch open bleek te kunnen. Op het miniterrasje van de hotelkamer hebben we vervolgens ons eigen feestje gebouwd en ongelooflijk genoten van de hapjes en elkaar. ‘Welke Osteria was dat weer?’
Dit zijn fait divers. Simpel te compenseren met wat creativiteit en een beetje contanten.
Maar hoe ga je om met echte tegenslagen? Van het soort dat niet valt te compenseren of geen oplossing kent, ook niet met cash.
Jijzelf of een dierbare wordt ziek. Of ongeneeslijk ziek. Daar staan we allemaal aan bloot. Het is voor iedereen hetzelfde.
Niemand is echt opgewassen tegen zo’n impact. Maar de manier van ermee omgaan speelt een grote rol. En dat is voor iedereen anders.
De voorbije jaren waren er van veel blijdschap maar ook van veel verdriet. Mensen die je nauw aan het hart liggen moeten verliezen en missen went maar moeizaam en eigenlijk nooit helemaal.
De eerste keer dat ik het meemaakte was ik vooral heel boos. Boos op de wereld, boos op mensen die klaagden over de regen, boos op mensen die zaten te zagen over hun miniprobleempjes. Niet erg begripvol van me en ook niet realistisch want iedereen heeft wel zijn eigen kruisje. Toch was mijn realiteit: ‘Het doet pijn en het is allemaal niet eerlijk.’ Ik vervloekte alles en iedereen.
Iemand zei me, nadat mijn beste vriendin véél te jong was gestorven aan kanker, dat ze hierboven enkel de besten nodig hebben. Dat bleek een houvast. Iets om me aan vast te klampen. Een manier om het draaglijk te maken. Dat is wat we doen, dingen zoeken die het leed draaglijk maken.
Naarmate we ouder worden hebben we dat ook vaker en vaker nodig.
Voor mij is het vooral belangrijk om bij mezelf te blijven. Van nature ben ik iemand die zorgt. Zorgzaam is. Het geeft me voldoening om een huiltelefoontje van een vriendin lachend te kunnen afsluiten.
Door de jaren heen heb ik mijn eigen grenzen leren bewaken.
Er waren momenten dat ik mezelf verloor en alle harde uitgesproken en onuitgesproken woorden eindeloos bleven rondspoken in mijn kop. Dat is vooral heel vermoeiend en het levert, behalve kopbreeksels, echt helemaal niets op.
Nog altijd heb ik mensen die me aanklampen, ook personen die ik niet ken, zelfs hier in Italië. Lief en leed delen ze met me en veelal zit ik mee te janken. De aard van het beestje wellicht.
Naderhand moet die knop terug om. Moet op OFF. Het was een proces maar door de jaren heen maar ben ik er wel in geslaagd.
Ik ben er ook vast van overtuigd dat iedereen dit kan.
Het is een kwestie van oefening. Ik blijf op dezelfde nagel kloppen, blijf het tot in de treure herhalen maar alleen omdat het mijn diepste overtuiging is: mediteren of mindful zijn helpt je echt door de zwaarste tegenslagen.
Tijdens mijn yogadocenten opleiding moesten we dagelijks twee maal een half uur mediteren. Dit was voor mij een echte beproeving en datgene wat ik het minst graag deed. Mijn leraar was daar zeer duidelijk over en herhaalde, én herhaalde: ‘De oefeningen die het moeilijkst voor je zijn, zijn precies degene die je het meest nodig hebt.’ Daar valt geen speld tussen te krijgen, het klopt echt als een bus.
Voor mij helpt vooral mediteren en tot mezelf komen. Iemand anders kan nut hebben bij 10 km joggen, een strandwandeling te maken, te gaan zwemmen of af te spreken met vrienden.
Cruciaal is dat je van jezelf duidelijk weet wat je met jezelf moet aanvangen als het leven je overdondert. Bewust worden van de situatie en stap voor stap alles analyseren. Hou jezelf voortdurend scherp in de gaten. Zoek geen antwoorden op de ‘wat als?’ vragen. Dat komt als vanzelf later wel als je eerst doet wat moet. Het gaat tenslotte altijd over NU.
Stuur me gerust een mail op info@seven-yogaretreats.com als je hulp of advies wilt. Tijdens de yogaretreats die ik zal geven besteed ik er tijd en aandacht aan, als je dit wil en nodig hebt.
Tot volgende week. Blijf vooral jezelf én bij jezelf!
Katrien
Ik ben fan van je blog! Mooi geschreven. 🙂